Een stormachtige herfstvakantie zit erop, morgen valt het leven in het dagdagelijkse gewone. Het was bijzonder druk, hier in Nieuwpoort. Veel gegadigden voor het lichtfestival rond het Albert I monument: waar water was. Niets dan lof in de media voor dit gebeuren, maar er bleven toch mensen op hun honger zitten. Mooi zal het wel geweest zijn, moet het wel geweest zijn, want zo’n dingen op poten zetten, kosten stukken van mensen. Zelf was ik geen bezoeker, maar blijkbaar is er grote nood bij velen, om elke vakantie vol te plannen met de aangeboden evenementen. Eerlijk is eerlijk, ik zou er niet gelukkiger van geworden zijn, alleen maar een beetje lichter in mijn geldbeugel.

Toch was dit herfstweekje goed gevuld. Halfweg de vakantie kwamen de twee jongste kleinkids eventjes logeren. Dus op dinsdag had ik het druk met het klaarstomen van de logeerkamer. De hoogslaper voor kleinzoon en het dubbele zetelbed voor kleindochter. Dan ben je toch eventjes zoet met lakens en donsdekens, met afstoffen en een haastig dweiltje slaan. Niets leuker, dan een logeerkamer (ooit Benjamins kamer), die picobello in orde staat voor onze vakantiegangertjes. Zij blij, ik blij! Het weer zat tegen. Donderdag kregen we de gevreesde, maar best tamme storm over ons heen. Geen weer om een hond door te jagen, maar de bioscoop lonkte met een trollenfilm. Kleindochter keek er verlangend naar uit en ik ook. Niets leuker dan een animatiefilm meepikken met de kleinkoters. Kleinzoon bleek echter geen fan en bleef lekker thuis bij Manlief. Wij de cinema, hij zijn tablet of gsm. Je hebt er geen kind aan. Veel grootouders hadden dezelfde ingeving als wij, er was nogal wat volk in de kleine, maar gezellige bioscoop van Koksijde. Ik heb iets met dat intieme, beetje ouderwetse. Kinepolis kan me niet bekoren, veel te groot en koud. Mooie film, overigens. Animatiefilms dragen altijd een boodschap uit. Deze gaf mee, dat je blij moet zijn met je broers en zussen, dat je niet mag blijven hangen in boosheid. Iets wat kinderen nog moeten leren, maar wat zelfs niet altijd lukt in de grote mensenwereld. Ja, films voor kindjes zijn soms ook doordenkertjes voor volwassenen! Vrijdagmorgen leek de storm gaan liggen en bleef de regen uit. Wekelijkse marktdag te Nieuwpoort, goed voor een korte wandeling tot in ’t stad. Eerste marktkraam: snoepkraam. Voor elk een zakje zelf te kiezen snoepjes en twee glunderende kindjes. Hoe zou je zelf zijn? De rest van de kraampjes kon hen bitter weinig boeien, dus ging het, zoals naar gewoonte, richting frietkot. In de namiddag een bezoekje aan Dreamland en Fun, ook gewoontegetrouw. Het zijn de vaste waarden van een paar dagen aan zee. Zo belangrijk blijkbaar voor kinderen: de dingen die telkens terugkeren en waar ze iedere keer weer naar verlangen. Alsof ze geprogrammeerd zijn. Allebei spendeerden ze hun maandgeld op een verstandige manier. Het is te zeggen: kleinzoon deed dat, maar kleindochter, die als het ware steeds naar knuffelige hebbedingen wordt gezogen, dat was een ander verhaal. De nieuwe hype: fluffys. Je vader vermoordt me als ik je dit laat kopen, zei ik. Ze keek in mijn ogen en ik smolt, dus kwamen we naar huis met zo’n ding. Een knuffel, die geplukt (zoals een kip) moest worden. Echt geen aanrader, vooral niet als je oogappel dan ook nog last heeft van allergie. Het plukken begon, overal synthetische vezels, stof alom. Kleindochter begon te niezen en te hoesten, Echtgenoot en ik liepen lastig van de jeuk. Oké, dit was dus een miskoop! Gelukkig was het maar een kleine versie, wee diegene die zo’n groot uitgevallen ding koopt. Maar wat was mijn jongste kleinkid gelukkig met haar geplukte regenboog. Wat zullen die speelgoedmakers nog uitvinden? Hier komt er alvast geen enkel exemplaar meer binnen.

Het was ook de 1 november week. Overal werden geliefden ‘herdacht’, al is dat een verkeerd woord, want aan geliefden wordt elke dag gedacht. Op maandag ging ik luisteren naar een lezing van Manu Keirse over ‘levend verdriet’, verdriet levenslang gedragen door ouders van een kind met een beperking. Ooit (zo’n dertig jaar geleden) nodigde ik hem persoonlijk uit voor een voordracht over verdriet hier te Nieuwpoort. Toen ik hem aansprak bleek hij het niet vergeten. Later verscheen een tekst van mij in zijn boekje ‘Een vingerafdruk van verdriet’. Ik wist het niet eens, kwam het te weten via de kapster van mijn zus. Ondertussen bestaat er van deze uitgave ook een Franse en Duitse versie met mijn tekst. Onze paden kruisten al vaak: in Bornem voor Ouders van Overleden Kinderen, in Gent voor het Kinderkankerfonds, we stonden samen in Halle (ik bracht mijn poëzie), we vonden elkaar ooit terug in Bassevelde. Niet dat hij mij echt kent, het waren vluchtige ontmoetingen en ik profileer me niet graag. Bovendien ziet hij overal zoveel mensen. Toch kon ik maandag nog het één en ander filteren uit zijn voordracht, al was het meeste niet nieuw voor mij. Het mooiste: dat je het verdriet niet verwerkt, dat verdriet best mag blijven, dat je je niet moet schamen voor je verdriet, dat je er niet over moet zwijgen, dat verdriet voelen liefde voelen is en dat die liefde er was – is – blijft. Mijn hart woog lichter toen ik huiswaarts reed met Benjamin glimlachend op mijn schouder.

we kunnen

we mogen

we moeten

dit verdriet

niet ontlopen

jaar na jaar

sluiten we

ons gestorven kind

warmer en warmer

in de armen

een omhelzen

van blijvend verdriet

een koesteren

van blijvende liefde

Doris Dorné – 5 november 2023

3 Reacties

  1. Hey Doris,

    1 november blijft ook voor mij een ” lastigen” Ik ben jaren naar Brugge naar de strooiweide geweest, want daar werd Chis uitgestrooid, zoals ze zelf wou, “blowing in de wind” zoals ze zei. Er is niets tastbaars aanwezig …tenzij een BOOM op de plaats waar Chris werd uitgestrooid.
    Ik ga al jaren niet meer naar Brugge…Bomen zie ik als ik buiten kom, en ik kijk er met andere ogen naar! En nu het herfst is…mooier kan toch niet!
    En die bomen Doris…dat is liefde! en nog geen klein beetje!

    warme groetjes

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *